Antwerpen

Lierse kant. Van laken tot kant

Lierse kant. Van laken tot kant

Lierse kant. Van laken tot kant

Op de website kempen.be wordt zeer treffend uitgelegd wat Lierse kant uniek maakt: “De Lierse Kant is een unicum binnen de kantwereld, want het is geen kloskant, maar handborduurwerk op machinaal geweven tule. Naast deze Lierse kant werd Lier ook wereldbekend met het perleren. Pareltjes en pailletten worden met kettingsteken op tule geborduurd om zo luxueuze handtassen en avondjurken te creëren.”

De Vzw Gilde Heren van Lier bracht vanaf 1973 een aantal werken in (her)uitgave die belangrijk waren voor het Lierse cultuurgoed. Dat er ook aandacht kwam voor kant was slechts een kwestie van tijd.

Dit uitgebreid en geïllustreerd boek gaat eigenlijk in vier delen de uiteenzetting aan.

  • Een korte situering van de herkomst van kant.
  • Het Lierse borduurwerk in de 16de eeuw: expansie, bloei en verval; techniek en organisatie van de borduurwerkers; oplijsting van deze laatste.
  • Lierse kant: wat is het, ontstaan en groei, technieken, scholen.
  • Borduren, parels en pailletten, Cornely borduurwerk.

Er is een bibliografie -zij het niet zo uitgebreid- aanwezig. Het deel over de 16de eeuw heeft een notenapparaat. Mooi ingebonden in kunstleren band.

Arthur Lens, Herman Van der Wee, Felix Van Loock, Josée Van Pelt, Luk Ceulemans (Red.), Lierse kant. Van laken tot kant, Lier, Gilde “Heren van Lier” VZW, 1989, 216 p., D/1989/2311/1.

Delen:
75 jaar Sint-Ludgardis school Merksem

75 jaar Sint-Ludgardis school Merksem

75 jaar Sint-Ludgardis school Merksem

Nog een schoolhistoriek. Onderwijs blijft een veel beproefd topic in heemkunde. Het blijft natuurlijk nostalgisch: de jeugdjaren, de juf of meester, de jaren die voorbij gingen. Anderzijds voelt iedereen zich aangesproken: iedereen ging naar school. En de klasfoto’s laten vele gezichten nog eens de revue passeren. We behandelden al bijvoorbeeld Waregem, Mortsel en Edegem.

Dit boek verzamelt veel foto’s. Maar… bijna geen enkele naam eronder. Dat blijft een gemiste kans.

De inhoud concentreert zich rond acht thema’s: de historiek, de gebouwen, de oorlogsjaren, schoolstructuur, feestelijkheden, uniform, de turnles en de groene school. Een laatste deel brengt een resem herinneringen van verschillende actoren.

Een boek maken is ook keuzes maken. En uitgaan van het beschikbaar materiaal. Hier wordt vooral de nadruk gelegd op “wat is er vandaag en vanwaar komt het”. Een terugblik samen met een voorstelling van de school. Dat er geen bibliografie is, onderstreept de bedoeling: een jubileum vieren en niet een doorgedreven historiek brengen.

Diverse auteurs, 75 jaar Sint-Ludgardis school Merksem 1931-2006, Merksem, 2006, 152 p.

Delen:
De straten van Merksem

De straten van Merksem

De straten van Merksem

We staan een beetje in dubio over dit boek. Het opzet is eenvoudig: de straten alfabetisch opnoemen en daarnaast uitleg geven over de betekenis van hun naam.

Voor een deel van de straten leren we meer: we krijgen het gemeenteraadsbesluit, de ligging, de vroegere benaming en/of uitleg bij de betekenis van de naam. Wanneer het gaat om persoonsnamen, worden we goed ingelicht over wie het gaat.

Wat toch wat ontbreekt: de redenen waarom een bepaalde plaatsnaam werd toegekend. Wat is de link met Merksem? Of in het geheel? Waarom bijvoorbeeld een Pallieterstraat?

Wanneer straten zijn vernoemd naar een vogel of een plant krijgen we een hele natuurkundige uitleg. Misschien interessant, maar weerom ontbreekt de reden waarom hiervoor gekozen werd. Bij de Kollebloemstraat bijvoorbeeld wordt aangehaald dat het om de klaproos gaat met verwijzing naar het Middelnederlandse col(le). Maar is kollebloem dialect of Brabants? We vinden het niet terug waarom er niet voor ‘Klaproosstraat’ werd gekozen.

Een groot gemis is wel de historische achtergrond bij sommige oude namen. Wat betekent de naam etymologisch? We vinden het niet terug.

Als je dit beschouwt als een overzicht van de Merksemse straten, met bij elke straat een beetje uitleg, dan zit je goed. Een paar weetjes hier en daar, soms gelinkt met het plaatselijk verleden, zoals de Olieslagerijstraat Maar echt diepgaand kan het niet genoemd worden. Maar voor de leek zal dit ruimschoots volstaan.

Tom Van Tichelen, De straten van Merksem, 2002, 128 p., D/2002/0306/51.

Delen:
Alles heeft zijn tijd. O.-L.-Vrouw-van-Lourdescollege Patronaatstraat Edegem 1845-1995

Alles heeft zijn tijd. College Edegem 1845-1995

Alles heeft zijn tijd. O.-L.-Vrouw-van-Lourdescollege Patronaatstraat Edegem 1845-1995

“In dit boekje willen we op eenvoudige wijze een archiefbeeld ophangen van 150 jaar schoolgeschiedenis”. Zo lezen we in de inleiding.

Dat boekje is een boek geworden van 240 pagina’s. In zestien thematisch gerangschikte delen wordt aandacht besteed aan het hele schoolgebeuren. Vooral de laatste 50 jaar wegen sterk door als je het geheel beschouwt.

De auteur brengt wel héél wat feiten samen. Het geheel is vlot en wie wat wil weten over het ontstaan, de ontwikkeling en de organisatie van de school vindt zijn gading wel. Een apart deeltje belicht de school en WOII. Ook het schoolleven en de hoe kinderen dat beleven, wat in sommige studies over een school ontbreekt. Zelfs enkele veranderende pedagogische principes worden niet vergeten.

Achteraan is één bladzijde ‘geraadpleegde bronnen’ te vinden, maar dit is echt wel zeer summier. In het boek komt geen enkele verwijzing naar een bron voor, alhoewel het geheel toch aangeeft dat de schrijfster goed geïnformeerd was. De opmaak trapt wel in de val van nagenoeg achter elke zin een ‘return’ of een witregel in te lassen. Nogal wat heemkundige werken lopen daar mank: ze werken niet in paragrafen, maar in zinnen. Hier zorgt de vlotheid van de tekst voor verbinding.

De afbeeldingen zijn talrijk, maar soms echt wel donker. Maar weinig namen, wat een gemiste kans is.

Toch kan dit werk zeker bekoren. Een deeltje van Edegems verleden ligt vast op papier, door iemand samengesteld die er middenin stond (auteur was een zuster Annonciade van Veltem en onderwijzeres en directrice van de school) en daardoor over genoeg kennis beschikte.

Helena Van der Auwera, Alles heeft zijn tijd. O.-L.-Vrouw-van-Lourdescollege Patronaatstraat Edegem 1845-1995, Edegem, 1995, 240 p.

Delen:
90 jaar T.S.M. Kroniek van de Technische Scholen Mechelen en het Hoger Instituut De Nayer

90 jaar Technische Scholen Mechelen

90 jaar T.S.M. Kroniek van de Technische Scholen Mechelen en het Hoger Instituut De Nayer

Het eeuwfeest werd niet afgewacht om de geschiedenis van de Technische Scholen Mechelen te boek te stellen. De 90 jaar bleek voldoende en het Hoger Instituut De Nayer kon bogen op 70 jaar.

De auteur heeft geopteerd om de historiek te brengen in vier delen: van 1903 tot 1920 (ca. 60 p.), de periode tot 1942 (ca. 70 p.), de periode tot 1974 (ca. 95 p.) en 1974-1993 (ca. 85 p.). De eindbeschouwingen en bijlagen (chronologisch overzicht, lijst van personeel, schoolbevolking en bibliografie) nemen nog ca. 25 p. in. Een lijvig boek dus.

Het opzet is duidelijk het schetsen van de geschiedenis van deze scholen, met nadruk op de stichting, organisatie en evolutie. Het eigenlijke schoolleven komt in mindere mate aan bod (zoals opendeurdagen). De illustraties zijn ook eerder gelinkt aan de schoolevolutie dan aan beelden uit het schoolleven. Als het gaat om activiteiten is de historiek het aandachtspunt, niet het wie en waarom. Genoemde namen bij de foto’s – die de tekst enkel ondersteunen- behelzen directeurs en notabelen, personeel en personaliteiten. Leerlingen zijn blijkbaar ondergeschikt.

Dit is een heel uitgebreid boek, en proficiat aan de auteur die zoveel gegevens heeft samengebracht in een goed leesbaar overzicht van 90 jaar schoolevolutie. Het is het fundament van de historiek van deze scholen. Een nieuwe toekomstige publicatie kan wellicht de nadruk leggen op het schoolleven met de leerlingen centraal en de focus op het in beeld brengen van de activiteit?

Jef Vermeiren, 90 jaar T.S.M. Kroniek van de Technische Scholen Mechelen en het Hoger Instituut De Nayer, 1993, 372 p., D/1993/6630/01.

Delen:
De spuiters van Antwerpen. De Smookslikkers

De spuiters van Antwerpen

De spuiters van Antwerpen. De Smookslikkers

Jack De Graef geeft op zijn eigen manier een inkijk in het wedervaren van de Antwerpse brandweer van ca. 1935 tot ca. 1985, met nadruk op de laatste jaren. Hij weeft weetjes, anekdotes en verhalen aan elkaar.

Vragen zoals “Hoe word ik brandweerman in Antwerpen” over “verzamelaars van brandweermateriaal” tot brandtips met Antwerpse inslag. Grote herinneringen uit het brandweerverleden, zoals de V-1 bommen en de brand in de Sint-Pauluskerk. Maar ook tragische momenten, om even stil te staan bij de belangeloze inzet van het korps.

Dit boekje kan je echt helemaal uitlezen zonder verpinken. De vlotheid waarmee de auteur de gegevens aan elkaar schrijft, laat je blad na blad verder gaan. Nog een verhaal, nog een weetje. Gestructureerde geschiedenis is het niet, maar wel een bad waar de hele leefwereld van de  toenmalige Antwerpse brandweer vorm krijgt. Zeker de moeite waard.

Jack De Graef, De spuiters van Antwerpen. De Smookslikkers, Uitgeverij De Dageraad, Antwerpen, 1987, 176 p., ISBN 906371176X.

Delen:
Louis Lens. De elegantie en de roos

Louis Lens. De elegantie en de roos

Louis Lens. De elegantie en de roos

De “Boomkwekerijen Louis Lens” zijn een begrip in de rozenwereld. Zij werden opgericht in 1870 in Onze-Lieve-Vrouw Waver. Al vlug legden ze zich toe op de rozenkweek en gingen ze zelf rozen kruisen. Zoon Victor legde zich daarop toe. Zijn zoon, Louis Lens (junior) zou een monument worden. In binnen- en vooral buitenland geprezen en gekend. De enige Belgische roos die de internationale top haalde is een creatie van hem: de witte Pascali. Maar Louis was vooral gedreven door in de kruisingen botanische rozen te introduceren. Dat leidde tot prachtige exemplaren zoals “Pleine de Grâce” en “Dentelle de Malines”, om er twee te noemen.

Eigenlijk is dit een bedrijfsgeschiedenis. Louis Lens (junior) vormde het hoogtepunt: het bedrijf kende een ongekende bloeiperiode. Hij krijgt daarom de aandacht. Maar doorheen het boek leer je de hele geschiedenis kennen.

De auteur Ivo Pauwels weet dat op een intrigerende en verhalende manier te doen. Hij voert ons langs de successen en mislukkingen in de veredeling. Langs de moeilijke periode na WOII, waar de kwekerij bij klanten op zoek moest naar de verschillende soorten die ze in het interbellum in de catalogus hadden. Langs de familiale kant van een onderneming.

Dit boek gaat over veel meer dan rozen. Het maakt onlosmakelijk deel uit van de geschiedschrijving van O.-L.-Vrouw-Waver, van de tuincultuur in Vlaanderen en de historiek van land- en tuinbouw in België.

Naast enkele historische documenten beschouwen de afbeelding natuurlijk vooral de bloemen. Maar zonder in de val te trappen van een paar glossy foto’s aan elkaar te rijgen met wat nietszeggende tekst (zoals vele tuinboeken)! Neen, de foto’s ondersteunen de tekst.

Er is een register op rozennamen aanwezig.

De kwekerijen Lens werden overgenomen door de familie Velle en verhuisden naar Oudenburg.

Ivo Pauwels, Louis Lens. De elegantie en de roos, Tielt, Uitgeverij Lannoo, 2000, 176 p., ISBN 902093919X.

Delen:
Molse Tijdingen 24, Mol, 2016

Molse Tijdingen 24

Molse Tijdingen 24, Mol, 2016

Dit jaarboek komt tot stand doordat de werkgroep Molse Tijdingen, de Kamer voor Heemkunde, Geschiedenis en Familiekunde en het Gemeentearchief Mol de krachten bundelen.

Verschillende auteurs brengen een heel gamma aan bijdragen: 256 pagina’s voor 21 artikels. Daarbij een fotoreeks over Rauw die in vier is gespreid over het boek. Andere bijdragen gaan ook dieper in op het verleden van deze wijk: Rauw in de Gazet van Moll tijdens het interbellum; het lanschap in Rauw, Postel en Stevensvennen en KVV Rauw Sport.

Als personaliteiten: vrederechter Raphaël Delfosse, politicus Charles de Broquelville, het ongeval van Jan van Poelvoorde te Ezaart en de broers Mortier.

We stippen verder aan: de postgeschiedenis van Mol, het station van Mol, de grenspalen, het grenspunt Borrenberg, Claessen of Klaassen in Postel (later sigarenmakers in Hapert) en de verwikkelingen rond Postel ca. 1800-1840.

Kunst en cultuur komt aan bod in een artikel over de directeurs van de muziekacademie en de beeldhouwer Aloïs  Van Gool.

Een terugblik op nieuws van een eeuw geleden maakt het geheel volledig.

Het geheel is rijk geïllustreerd en de artikels bevatten bronvermelding.

Div. auteurs, Molse Tijdingen 24, Mol, 2016, 256 p., D/2016/4.268/2.

Delen:
50 jaar Koninklijk Atheneum Mortsel (KAM)

50 jaar Atheneum Mortsel

50 jaar Koninklijk Atheneum Mortsel (KAM)

50 jaar Koninklijk Atheneum Mortsel (KAM) werd gevierd in 2004. Dat resulteerde in dit boek. De auteurs breiden verder op een eerdere uitgave bij de 40-jaar viering. Zij vullen die aan met nog andere teksten om een beeld te schetsen van het schoolleven.

Eén en ander komt tot uiting in de opdeling: een eerste 90 pagina’s focussen op de stichting en evolutie van de school. De overige 40 pagina’s gaan over het schoolleven. Nog een vijftal pagina’s vullen aan met de ondersteunende verenigingen.

Doorheen de tekst is zeker de aandacht voelbaar voor de werking van de school, de sfeer, de ervaringen van de leerlingen, die eigenlijk de motor van een school zijn. Ja, er is aandacht voor de infrastructuur, de directeurs, het personeel. Maar geen resem ‘notabelen’ en ministers die passeren.

En dan het spijtige aan dit werk: er zijn foto’s opgenomen. Maar het grootste deel is verwerkt in een foto-Cd-Rom. En wie kan dat 20 jaar later nog openen? Papier blijft toch veel geduldiger dan die moderne media. Het omzetten van gegevens in dataland blijkt toch niet evident voor de ‘gewone lezer’, zelfs in archieven zorgt het voor hoofdbrekens.

Diverse auteurs, 50 jaar KAM in woord en beeld. Gedenkboek 1954-2004, Mortsel, 2004, 159 p.

Delen:
Lier bezet en bevrijd. Een Vlaamse stad tijdens de Tweede Wereldoorlog

Lier bezet en bevrijd

Lier bezet en bevrijd. Een Vlaamse stad tijdens de Tweede Wereldoorlog

Vooral de politieke situatie in de stad Lier vormt de leidraad van deze studie. Scharnierend rond de oorlog van 1938 tot 1946. De auteur heeft dit onderwerp grondig onder de loep genomen, voorzien van voetnotenapparaat en bibliografie.

Hij deelt het werk in drie.

Een eerste deel (ca. 35 p.) gaat over de situatie van 1938 tot april 1940. Hij schetst de Lierse vooroorlogse politiek, de verkiezingen van 1938 en de evolutie van het bestuur en verenigingsleven.

Een tweede deel (ca. 60 p.) behandelt Lier en de Nieuwe Orde, van mei 1940 tot september 1944. Daarin bespreekt hij mei 1940; de Nieuwe Orde in de stad; “zwart” en “wit” en het verenigingsleven tijdens de bezetting.

Deel drie tenslotte (ca. 45 p.) heeft het over de bevrijdingsdagen met verzet en repressie; de polarisatie tussen links en rechts met o.a. de Koningskwestie; de verkiezingen van 1946 en het herstel van het socio-cutureel leven.

Een algemeen besluit vervolledigt het geheel. Dat ontbreekt soms wel in (heemkundige) werken. De auteur stelt vast dat de Tweede Wereldoorlog eigenlijk “op lange termijn” geen breukvlak vormde in de politiek van de stad. De vier politieke families van voor de oorlog zijn in 1962 weer allemaal vertegenwoordigd.

Een paar illustraties verluchten het boek.

Piet De Zaeger, Lier bezet en bevrijd. Een Vlaamse stad tijdens de Tweede Wereldoorlog, Leuven, Acco, 1995, 160 p., ISBN 90-334-3352-4.

Delen: